Ons onderzoeksrapport over Verbetering van de vindbaarheid van Open Access voor gebruikers van academische bibliotheken is recent gepubliceerd. Het is een onderzoek naar strategieën om wetenschappelijke, peer-review open access (OA)-publicaties beter vindbaar te maken voor bibliotheekgebruikers. De bevindingen zijn gebaseerd op onderzoek door zeven academische instellingen binnen Nederland. We hebben bibliotheekpersoneel geïnterviewd over hun inspanningen rondom de vindbaarheid van OA en bibliotheekgebruikers bevraagd over hun ervaringen met OA. De synthese van deze bevindingen biedt nieuwe inzichten in de mogelijkheden om OA-vindbaarheid te verbeteren.
Van OA-beschikbaarheid naar vindbaarheid: de kloof overbruggen
Vanaf het begin hebben we het OA-onderzoek opgezet en uitgevoerd in samenwerking met twee Nederlandse academische bibliotheekconsortia—UKB (Universiteitsbibliotheken en Nationale Bibliotheek) en SHB (Samenwerkingsverband Hogeschoolbibliotheken). Zij spelen een belangrijke rol naar volledige OA van Nederlandse wetenschappelijke publicaties. Juist omdat zij vooropliepen bij de overgang naar OA en veel investeerden in OA-publicaties, wilden zij de vindbaarheid van OA-publicaties beoordelen. Daarnaast wilden zij de opkomende kloof tussen OA-beschikbaarheid en vindbaarheid aanpakken.
Deze kloof kwam voor het eerst aan het licht door bevindingen uit de OCLC Global Council-enquête van 2018-2019 over open content in bibliotheken wereldwijd. De resultaten lieten een disbalans zien binnen de investeringen van academische bibliotheken: er werd meer moeite gestoken in eerder gesloten content te openen dan in het promoten van de vindbaarheid van open content. Toch gaven de meeste respondenten aan dat dit voor hen net zo belangrijk was. Ook opmerkelijk was de bijna unanieme mening dat OCLC een ondersteunende rol speelde in het vindbaar maken van open content van bibliotheken. Een bevestiging van het belang van de rol van OCLC in het open access-ecosysteem.
Een reeks kennisdelingsconsultaties van de Nederlandse academische bibliotheekgemeenschap in 2021 bevestigde deze kloof. Ook kwam hieruit het belang naar voren om de rol van OA in het zoekgedrag van gebruikers beter te begrijpen. Als gevolg hiervan besloten UKB, SHB en OCLC een onderzoek uit te voeren om te onderzoeken hoe de verwachtingen en gedragingen van academische studenten, docenten, onderzoekers en hoogleraren bibliotheken kunnen helpen bij hun inspanningen met betrekking tot verbetering van OA-vindbaarheid. Tot zover het begin van het Open Access Discovery-project.
Het ontstaan van het OA-ontdekkingslandschap en de rol die bibliotheken hierin spelen
Het geïnterviewde bibliotheekpersoneel beschreef de opkomst van een complex landschap om OA-publicaties vindbaar te maken. Nieuwe spelers wilden hun terrein afbakenen, terwijl bibliothecarissen deden wat zij het beste vonden, maar OA-publicaties pasten niet in hun traditionele processen. Er waren geen richtlijnen, best practices of benchmarks voor het toevoegen van OA-publicaties aan hun collecties en het integreren ervan in gebruikersworkflows. Nationale samenwerkingen en nieuwe processen zijn in eerste instantie opgezet om metadata te creëren en bloot te leggen voor institutioneel gepubliceerde OA-publicaties. Echter had het bibliotheekpersoneel te maken met uitdagingen op het gebied van ontsluiten van publicaties en de kwaliteit van metadata.
De geïnterviewden waren niet overtuigd dat hun inspanningen verschil maakten voor hun gebruikers, maar ons rapport laat zien dat dit wel zo is.
Hoewel zij terecht geloofden dat de bibliotheek niet de eerste plaats was waar gebruikers zochten, stond de zoekpagina van de bibliotheek in de top drie van meest gezochte systemen. De antwoorden van gebruikers schetsen een enigszins verwarrend beeld van de rol die OA speelt in hun ontdekkingstocht. Respondenten vonden OA-publicaties niet erg makkelijk te vinden of toegankelijk. Ook gaf bijna de helft aan niet veel te weten over OA. De meeste respondenten vertrouwden echter wel op OA-alternatieven wanneer zij moeilijk toegang kregen tot de volledige tekst. Hoewel OA niet hun eerste keuze was, beïnvloedde de groeiende hoeveelheid OA-publicaties hun zoek-, toegangs- en gebruiksprocessen. Deze bevindingen leidden tot de volgende ontdekking in het rapport:
“De voorlichtings- en instructieactiviteiten van het bibliotheekpersoneel waren voornamelijk gericht op het vergroten van het bewustzijn van gebruikers over OA-publicaties. Gebruikers hadden extra instructie nodig over het ontdekken, evalueren en gebruiken van deze nieuwe publicaties.”
Introductie van het rapport aan de Nederlandse bibliotheekgemeenschap
Met genoegen en trots presenteerden Ixchel Faniel en ik het eindrapport, met bevindingen en belangrijkste conclusies, aan UKB- en SHB-vertegenwoordigers op de OCLC Contactdag op 8 oktober 2024 in Amersfoort, Nederland. De Contactdag is een jaarlijkse bijeenkomst van Nederlandse en Vlaamse professionals uit academische en openbare bibliotheken die geïnteresseerd zijn brancheontwikkelingen en in de strategische richting en productontwikkeling van OCLC. Het is tevens een plek waar zij praktijken en innovatieve projectresultaten delen.
Bij de introductie van het OA-ontdekkingsrapport deelde ik de belangrijkste conclusie voor de Nederlandse bibliotheekgemeenschap als volgt:
“Als je je afvraagt of de investering van je bibliotheek in OA-vindbaarheid de moeite waard is, is het antwoord volmondig JA!”
De omslag van het rapport—een foto van een Nederlands polderlandschap—is een knipoog naar de Nederlandse setting van ons onderzoek. Het is ook als een vergelijking met het harde werk dat nodig is om OA-publicaties vindbaar te maken. Een polder wordt gecreëerd door het graven van sloten en het bouwen van dammen en dijken om stukken laagland van water te ontdoen. Zoals ik het publiek vertelde, vergelijkbaar als bij de polder: “er is nog veel werk te doen. OA is nog onontgonnen terrein dat verkend en gecultiveerd moet worden. We kunnen het ons niet veroorloven om achterover te leunen en toe te kijken!”
Volgende stappen: slimmer samenwerken
Tijdens de middagsessie van de OCLC Contactdag bespraken de deelnemers de bevindingen, uitdagingen, kansen en vervolgstappen in break-outgroepen. Velen herkenden de dilemma’s rondom OA-ontdekkingen, zoals weergegeven in het rapport. Ze waren ook geïnteresseerd in de bevindingen om strategieën te ontwikkelen voor het verbeteren van de vindbaarheid van OA.
Een terugkerend thema was de noodzaak tot samenwerking. Deelnemers bespraken de mogelijke voordelen van samenwerking bij het selecteren van OA-titels per vakgebied en het vergroten van het bewustzijn van gebruikers over OA-bronnen. Ze wilden ervaringen delen over het blootleggen van institutionele metadata, samenwerken bij het verzamelen van metadata, en partnerschappen aangaan met OCLC om de kwaliteit van metadata te verbeteren. Ook werd gesproken over grotere betrokkenheid, op de campus en nationaal, met recente Diamond OA-publicatie-initiatieven om te pleiten voor ontdekkingsmetadata die goed werken voor zowel bibliotheekworkflows als gebruikersbehoeften. Deze ideeën illustreren de noodzaak van samenwerking tussen belanghebbenden, van OA-publicatie tot vindbaarheid. Deze sluiten dan ook goed aan bij de laatste woorden van ons rapport:
“Om de vindbaarheid van OA-publicaties echt te verbeteren, moeten alle betrokkenen de behoeften van anderen binnen de keten in overweging nemen.”
Lees het rapport voor meer informatie over het overbruggen van de kloof tussen de beschikbaarheid en de vindbaarheid van OA-publicaties. https://oc.lc/oa-discovery
Titia van der Werf is a Senior Program Officer in OCLC Research based in OCLC’s Leiden office. Titia coordinates and extends OCLC Research work throughout Europe and has special responsibilities for interactions with OCLC Research Library Partners in Europe. She represents OCLC in European and international library and cultural heritage venues.
By submitting this comment, you confirm that you have read, understand, and agree to the Code of Conduct and Terms of Use. All personal data you transfer will be handled by OCLC in accordance with its Privacy Statement.